Alleen al de jonge hotelière Erika is een verblijf in haar familiehotel waard. Nee, niet vanwege haar lichamelijke schoonheid, maar vanwege haar tomeloze inzet voor de gasten en vanwege haar aanstekelijke humor. 's Morgens vroeg, als zij de werkvloer betreedt, roept zij zó hard 'buon giorno' door de catacomben van het hotel dat alle personeelsleden, zo vermoed ik, in het gelid springen. En dan haar ouders die, weliswaar oud en versleten, toch hun steentje blijven bijdragen aan de loop der dingen in dat hotel. Voor hen die van kleinschaligheid houden en niet zweren bij een gelikt interieur - is dit een aanrader.